Uit: Haarlems Dagblad, 28 januari 2023
Hij Wandelde Op Pantoffels En Deelt Nog Steeds Poffertjes Met De Kinderen
Leonard Corneille (Kees) Dudok de Wit was een bijzonder ’portret’. De geboren Amsterdammer komt uit een vermogend koopmangeslacht, maar in plaats van in zaken te gaan, vergaarde hij bekendheid als een van de eerste (sport)wandelaars van Nederland. Hij was bovendien in 1892 een van de oprichters van de Amsterdamse Hockey en Bandy Club (AHBC), de eerste hockeyclub op het Europese vasteland.
Diligence
Dudok de Wit werd geboren op 3 oktober 1843. Waar zijn oudere broer Bram zich nog voorstelde als ’koopman’ en veel sportieve activiteiten organiseerde (vandaar zijn bijnaam ’Minister van Sport’), ontwikkelde de vrijgezelle Kees zich als wandelende wereldreiziger. En dat was opvallend: welgestelden vertikten het in die tijd om zich te voet voort te bewegen. Lopen was voor de armen. Handige uitvindingen als een draagbare troon, trekschuit of diligence waren vaak alleen maar weggelegd voor de adel of rijke kooplieden.
Maar Dudok de Wit dacht daar dus anders over: hij wilde juist lopen. Tippelaar is nu niet echt meer een positieve bijnaam; het is ook een synoniem voor een prostitué (m/v), maar 150 jaar geleden was je als tippelaar gewoon een geoefende wandelaar. Kees de Tippelaar reisde in 1865 naar Java om van het oosten naar het westen van het eiland te lopen; een tochtje van zes maanden. Daarnaast liep hij naar Parijs en Wenen. En bezig baasje dus, in de tijd dat het toerisme nog moest worden uitgevonden.

Kees de Tippelaar en zijn hondje Bobby
Pantoffels
Net als wandelschoenen. Zo liep Kees op pantoffels naar Wenen. In Oostenrijk werd hij als een held ontvangen; hij hield er wel van om in het middelpunt van de belangstelling te staan. Ook in eigen land werd hij een BN-er. De lezingen die hij hield over zijn reizen werden druk bezocht en de voorwerpen die hij onderweg vond, belandden in musea. Zijn eigen museum werd landgoed Slangevegt in Breukelen, het buitenverblijf van zijn familie, dat nu een restaurant is.
Maar Dudok de Wit was niet alleen een zonderling; hij dacht ook aan zijn omgeving. Omdat dat hij zelf geen nageslacht had, deelde hij een gedeelte van zijn erfenis met de kinderen van Breukelen. Hij stichtte een fonds waaruit de hele jeugd van het dorp elk jaar rond zijn verjaardag op 3 oktober wordt getrakteerd op poffertjes.
Stichting L.C. Dudok de Wit bestaat nog steeds. Sinds vorig jaar kunnen er vanuit het fonds ook projecten voor kinderen uit de regio Breukelen gefinancierd worden. En Kees tippelt ondertussen rustig door. Samen met zijn hondje is hij als beeld vereeuwigd in park Boom en Bosch in Breukelen